Van Oosten, (Jaantje, Sjaan, * 23 maart 1951, Leiden)

Getrouwd met Ger van Polanen (zie zijn stamboom op deze site) in 1970.

Het trouwfeest werd gevierd in de feestzaal op palen aan de Vijf Meilaan, de plek waar thans een wijkpolitiebureau is gehuisvest. Het was ooit een populaire plek om te trouwen. Je huurde een ‘kale’ ruimte en moest zelf zorgen voor de catering. De vader van Sjaan regelde de catering via Endegeest, en een vriend van Ger die bezorger was van drakenzaak L.A. Knegtel aan de Haarlemmerstraat 213 werkte regelde goedkoop de drank.

Naam Van Oosten: Afkomstig uit/vernoemd naar de plaats ‘Ooste’ in de provincie Friesland of naam voor iemand die letterlijk uit het oosten kwam of ten oosten van een plaats woonde; dat hoefde dus niet heel ver te zijn (bron ‘Leienaars’ van Piet van Sterkenburg, 2017).

Willem van Oosten, stoker op de grote vaart. Tot zijn pensioen werkzaam bij Endegeest.

Sjaans moeder, op 56-jarige leeftijd plotseling overleden.

Sjaan is geboren in het de woning Joubertstraat 33, heel toevallig ook de geboortestraat van haar toekomstige man Ger van Polanen die er overigens zo kort woonde dat ze elkaar daar toen nooit hebben ontmoet.

Ze wordt geboren uit het huwelijk van Willem van Oosten (geboren te Leiden op 7 maart 1924) en Petronella Voorzaat (ook Leids, geboren op 8 september 1931).

Het pand aan de Haarlemmerstraat 213 waar vroeger de Slijterij van L.A. Knegtel was gehuisvest, thans onderdak voor Bakkerij Bart (foto Google Earth).

Opa Willem van Oosten is geboren in Lisse. Deze stam is dus anders dan vele andere Leidse vertakkingen van de Van Oostens import. Sjaan weet niet veel van haar opa. Hij zou erg veel last hebben gehad van zijn longen, en daarvoor zelfs in Davos, Zwitserland zijn behandeld. Wel heel exclusief voor die tijd.

Het echtpaar Van Oosten-Voorzaat krijgt 3 kinderen, waarvan Sjaan de oudste is. Op 5 april 1953 wordt Dirk geboren, die trouwt met Suzanne Blommaert. Zij hebben twee kinderen: zoon Paul Brian en dochter Daphne. Op 27 maart 1967 wordt de jongste geboren, die evenals zijn vader en grootvader de naam Willem krijgt. Hij trouwt Bernadine Lommerse (uit Hillegom). Zij hebben een kind, Cosha genaamd.

Vader Willem van oosten was stoker op de grote vaart. In de oorlog wordt het koopvaardijschip waarop hij vaart getorpedeerd, als gevolg waarvan hij ternauwernood aan de dood ontsnapt. Hij heeft lang in het water gelegen. In de familie doet het verhaal de ronde dat hij sindsdien altijd last heeft gehad van koude benen/voeten. Veel heeft hij nooit over het incident of over zijn oorlogservaringen verteld, maar hij werd op tijd gered.

Endegeest

Na de oorlog kiest Willem voor de binnenvaart, maar als hij zijn vrouw ontmoet en trouwt, laat zij hem weten dat ze niet mee wil en zeker niet aan boord wil wonen. Willem kiest daarom voor een baan aan de wal en gaat aan de slag als stoker bij de psychiatrische inrichting – toen nog gewoon gesticht geheten – Endegeest. Hij is verantwoordelijk voor verwarming en warm water in het instituut. Sjaan weet nog dat ze er geregeld kwam. Als haar vader een dagje vrij was, moest hij toch naar Endegeest om de ketel aan te zetten. Haar moeder was altijd een beetje angstig voor die ‘gekken’) als ze het terrein opreden met de Kever van haar vader. Willem van Oosten heeft tot aan zijn pensioen bij Endegeest gewerkt.

Sjaans moeder overlijdt op 56-jarige leeftijd (in 1985) aan een acute hartstilstand. Haar vader heeft jaren later nog wel vriendschap gehad met ene Annie aan wie hij wel zijn verschrikkelijke oorlogservaringen heeft verteld, maar die hield de kaken stijf op elkaar, toen Sjaan en Ger er ooit naar vroegen.

Geldprijs verzopen

Sjaan heeft prettigere herinneringen aan haar opa en opa van de Voorzaat-kant. Het was er gezelliger, oma Voorzaat was een leuk mens. Opa Voorzaat was sloper/lorrenboer in de Caeciliastraat. En en vaste bezoeker van Leidse café’s, onder meer De Spijkerbak en Café Tettertoo (ook De Kenneweg) aan de Haarlemmerstraat 35. Als Sjaan bij haar oma logeerde, vroeg zij Sjaan weleens om opa uit de kroeg te gaan halen.

Opa had ooit een flinke geldprijs gewonnen in de Staatsloterij – het zou 10.000 gulden zijn geweest, maar na langdurig cafébezoek (waarschijnlijk onder meer aan Tetteroo) was er geen cent meer van over. Sjaan logeerde geregeld met haar broers bij oma. De Van Oostens gingen vaak met elkaar op vakantie naar Duitsland of Oostenrijk; hadden een vakantiespaarpotje. Dan gingen de kids naar opa en oma.

Sloper/lorrenboer en opa Voorzaat.

Oma Voorzaat, geboren in de Korte Agnietenstraat (onbewoonbaar verklaard en gesloopt na de oorlog), woont dan in de Joubertstraat in de Hakbijlenbuurt achter de Morsweg. In die straat leert Sjaan als jong meisje Ger van Polanen kennen. Het is bij en in de omgeving van ‘Cor de ijsboer’ aan de Morsweg een beetje een wijkverzamelpunt (hangplek) voor de jeugd, waar Ger geregeld op zijn Puch is te zien, zeker als het klikt met Sjaan. Hij is er vooral doordeweeks te vinden. In het weekeinde is het voor Ger voetballen bij VTL aan de Boshuizerkade. Hij en zijn (voetbal)vrienden bleven er nooit lang hangen want in de kantine werd Oranjeboom geschonken en daar ,,werd je doodziek van.” Overigens een verhaal/mening van meer Leidenaars die ik over biervoordeuren heb gesproken. Vaak ging het na de voetbal dan naar De Vergulde Kruik aan de Haarlemmerstraat (de oude Seisveld, later zoon Hans Seisveld) , soms ook om daar te biljarten.

Café De Kenneweg, zo vernoemd naar de smalle steeg die loopt van de Haarlemmerstraat (35) naar de Apothekersdijk. Het café droeg ook de naam ‘Tetteroo’, naar oprichter en kastelein Theo Tetteroo (Foto Google Earth).

Oma Voorzaat met drie kleinkinderen, de dochters van Sjaan en Ger.

Sjaan en Ger gaan geregeld naar de bioscoop en kwamen dan soms terecht bij Lutex, naast het vroegere bioscoop Luxor (thans Van Buuren?). Ze hadden er altijd lekkere salade van Russische eieren die toen populair was, weet Sjaan zich te herinneren.

Het eerste eigen huis van Sjaan van Oosten en Ger van Polanen aan de Krugerstraat, gekocht van slager Zandbergen (Foto Google Earth).

Eigen huis

Zoals gezegd ging Ger doordeweeks met zijn Puch richting Morsweg. Naast de ijssalon was een slagerij van Zandbergen gevestigd, van wie Sjaan en Ger rond 1970 het pand Krugerstraat nummer 3 kopen voor een bedrag van 11.000 gulden. Ze hadden voor hun trouwen nog wel geprobeerd met een hypotheek elders in de stad iets te kopen, maar vanwege de zeer hoge rente – volgens Ger wel 16 procent – in die jaren lukte dat niet. In feite financierde Zandbergen (een bedrijf dat later uitgroeide tot een groot internationaal transportbedrijf in vlees in Zoeterwoude) de aankoop, aan wie Ger elke week 75 gulden rente en aflossing betaalde.

Sjaan in de Joubertstraat, circa 1958.

Omdat Sjaan al zwanger was, moest Ger het huis in hoog tempo geschikt maken voor bewoning. Later heeft Ger aan de tuinkant van het huis een kamer aangebouwd. Ger had het huis gekocht met huurders die in de bovenwoning zaten en huur aan hem betaalden, maar het betekende wel dat met de geboorte van drie kinderen het benedenhuis veel te klein was. Ze verkochten de woning voor 25.000 gulden (in 1975) en betrokken een flat in de Paramaribostraat. Ja, er bleven wat centen over voor een ander autootje voor Ger.

Eerste crèche

Sjaan was op haar twaalfde naar de huishoudschool aan de Groenhazengracht gegaan, het pand dat thans is/wordt omgebouwd tot appartementengebouw. Ze volgt de opleiding voor coupeuse, en aansluitend een INAS-opleiding voor kinderverzorging, een studie die haar later een baantje bezorgt in een van de eerste kindercrèches in de regio Leiden. Voor werkende moeders op met name Endegeest wordt eind jaren zestig een opvang geregeld in het houten clubgebouw van voetbal- en cricketvereniging ASC in Oegstgeest. Sjaan krijgt er een baantje dat zij blijft doen (parttime, want de crèche is alleen tussen 9.00 en 12.00 uur open) tot aan haar trouwen.

De eerste crèche in de regio Leiden, ondergebracht in het clubgebouw van ASC.

Al eerder heeft zij een parttimebaan/stageplek bij Waals, een modezaak in heren- en dameskleding, gelegen aan de Haarlemmerstraat 114-118, recht tegenover de Donkersteeg. De stage is via de school geregeld en Sjaan werkt op het naai-atelier om kleding te verstellen. Dankzij dat werk kan ze later met korting haar trouwjurk bij Waals kopen.

Modezaak Waals in de Haarlemmerstraat voor de oorlog.

Een andere zomervakantie heeft Sjaan gewerkt bij de Leidse Onderwijs Instellingen (LOI). Dat was toen nog gevestigd bij de ‘Doorbraak’, precies recht tegenover de Meelfabriek. Ze assisteert in de kantine. Thans is daar het Lakenplein.

Ger en Sjaan krijgen drie kinderen:

Liesbet, geboren op 3 mei 1971, getrouwd met Ed Muiselaar: kids, Nicole 16/10/1999 en Denise 23/10/2002;

Een tweeling, Sjaan wist en voelde het echt niet:

Joyce, ietsje ouder, geboren 27/8/1972, trouwt met Rick van der Post, kids: Maureen 25/3/1997, zoon Colin 2/4/2002;

Inge, geboren 27/8 /1972, trouwt met Jeroen Lont, kids: Lotte 7/7/97 en Lieke 1/8/2001.

Opvallend familiekenmerk: zus van opa Voorzaat is getrouwd met Vermeulen, de ouders van Nel Vermeulen die trouwde met Leen Cavé (zie zijn stamboom op deze site), kasteleins van De Gouden Wagen.

Sjaan en Ger met hun drie meiden, circa 1972.

 

 

100 jaar Waals

In de Haarlemmerstraat stonden aan het eind van de 19de eeuw vele panden met een kleinschalige winkel en bovenwoning. In 1908 gingen bij een brand Haarlemmerstraat 116 en 118 verloren, de twee panden waar het damesmodehuis Wisbrun & Liffman van eigenaar E. Levie was gevestigd. De zaak herrees als één pand met een brede en rijzige gevel met op de begane grond. De heropening was op 27 februari 1909. In het buurpand Haarlemmerstraat 114 was op dat moment het mantelmagazijn van dhr. A. Waals gevestigd en aan de andere kant, in Haarlemmerstraat 120, zat de zaak van F. Wessel in goud, zilver, horloges, etcetera.

In 1914 werd Haarlemmerstraat 120 bij de winkel van Wisbrun & Liffman gevoegd. In 1915 wordt dat pand gesloopt en de nieuwbouw sluit in bouwstijl aan op de nieuwe voorgevel van 116-118 uit 1909. Deze aansluiting is zelfs zo goed gelukt, dat het moeilijk zichtbaar is dat ze uit twee verschillende tijden stammen. De uitbreiding van het modemagazijn wordt in april 1915 feestelijk geopend.

Intussen is ook de winkel met bovenwoning van dhr. Waals op Haarlemmerstraat 114 vernieuwd. In 1910 werd er, naar ontwerp van de Haagse architect Van der Kooy, een nieuw mantelmagazijn gebouwd, waarbij het bestaande gebouw geheel tot de grond is afgebroken. De begane grond is voor verkoop van mantels en de verdieping, bereikbaar met lift of trap, voor verkoop van mantelkostuums, kostuumrokken en pelterijen. De tweede verdieping en zolder zijn voor bewoning.

De winkelpui over twee lagen heeft op de begane grond een centrale portiek geflankeerd door etalages. Een tweelaagse winkelpui is zeldzaam in Leiden en mogelijk geïnspireerd op Haagse voorbeelden. De vormgeving van de nieuwbouw voor Waals op Haarlemmerstraat 114 vertoont grote gelijkenis met de nieuwbouw voor Levie op Haarlemmerstraat 116-120, maar toch blijken het twee verschillende winkels en eigenaren.

Het modehuis Wisbrun & Liffmann is tot 31 juli 1934 op de Haarlemmerstraat gevestigd geweest. De winkel werd daarna voortgezet op Korevaarstraat 3.Waals confectie neemt daarop de panden Haarlemmerstraat 116-120 over en breidt zijn winkel fors uit. Hiervoor werden de winkels aan elkaar gekoppeld met doorbaken in de muren tussen de panden. In 1970 verheelde een nieuwe doorgaande hoge pui van grijze en zwarte marmerplaten de panden visueel tot één grote winkel. Binnen deze pui is regelmatig geschoven met de etalages en entrees.

Waals stopt in 1981, na meer dan honderd jaar op de Haarlemmerstraat een modehuis te hebben uitgebaat. De grote winkel had blijkbaar te veel vierkante meter oppervlak voor geïnteresseerden, want na 1981 gingen de panden Haarlemmerstraat 114 en Haarlemmerstraat 116-120 weer als aparte winkels functioneren.

(Bron: Erfgoed Leiden en Omstreken)

 

 

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *