Deel 12: Hoogmade van 1879 tot 1880

Dit is deel 12 van de geschiedenis van Hoogmade zoals die is vermeld in de regionale kranten (selectie): Leidsche Courant, Nieuwe Leidsche Courant, Leidsch Dagblad. Tevens info die in meer landelijke periodieken is verschenen. Voor verdere toelichting zie deel 1 van deze serie. Lees meer

Kees Bonnet: ‘Naar een geheel ander leven bij het Leidsch Dagblad.

Kees Bonnet (1928 – 2021) werkte het grootste deel van zijn leven bij het Leidsch Dagblad, toen nog gevestigd in het prachtige Dudok-gebouw op de hoek Witte Singel/Noordeindeplein. Zijn beroepsleven liep anders dan hij ooit vermoedde. In 2011 schreef hij daarover onderstaand verhaal met hulp van Béatrice Staffeleu (voor internet) en zijn neef Jan Bonnet (correctie). Het is een uitgebreid verhaal geworden vol met (technische) informatie over lang verdwenen beroepen en oud vakmanschap, en over reorganisaties bij het Leidsch Dagblad. Het is ook wel een beetje een incrowd-verhaal. Dit verhaal bereikte mij via zijn neef Jan Bonnet met het verzoek of ik dit wilde publiceren, overeenkomstig de wens van Kees.

Ik (Henk van der Post, www.leidsehenkie.nl) leerde Kees Bonnet al ‘vroeg’ kennen, want ik was een van die redacteuren (vanaf oktober 1977 toen ik er ging werken) die vaak bij hem (kassier) een voorschot vroeg op mijn declaratie, meestal nog voordat ik feitelijk kosten had gemaakt. Kees was een wat plechtig, stijf-formeel en rondbuikig heerschap, altijd gestoken in een wat sleets jasje. Hij had een heel bijzonder gevoel voor humor die lang niet door iedereen werd begrepen. Altijd kalm en bedaard, punctueel en principieel, zoals ook uit dit door hem geschreven verhaal over zijn loopbaan bij het Leidsch Dagblad moge blijken. ‘Der herr Bonnet ist immer gut gemütscht’ was zo’n beetje zijn lijfspreuk. Het woord ‘gemütscht’ (hij bedoelde gemutst in het Nederlands, in het Duits ‘gelaunt’) heb ik in het Duits op geen enkele schrijfwijze kunnen vinden. Dat was een stukje van zijn humor. Het duurde even voordat ik Bonnet om zijn persoonlijkheid leerde waarderen. Maar hij was voor mij waarlijk ‘mister Leidsch Dagblad’, een mooi karaktervol mens! Lees meer

Corrie Overmeer-van Tol: in de oorlog kreeg pastoor wekelijks flesje room

(Hoogmade, maart 2025)

Een interview met Corrie Overmeer-van Tol, (geboren 1933) aan de Frederikskade 1 in Hoogmade, de boerderij (anno 2025 tevens jachthaven en camping) thans in handen van Koos van Tol, zoon van Wim (broer van Corrie) en Mieke van Tol . Corrie is het vierde kind van acht van Frans (1894 – 1938) en Barbara (Betje) van Tol-van der Kroft (1902 – 1978). Na de dood van haar vader hertrouwde Betje in 1948 met de jongere broer van haar vader, Leo van Tol (1897 – 1976). De boerderij aan de Frederikskade werd jarenlang door Frans en Leo bestierd. Lees meer

Toevoegingen en correcties boek over de oorlog in Hoogmade

Onderstaand toevoegingen en correcties op het boek ‘Kroniek van Hoogmade 1932 – 1946. We rommelden maar wat aan in de oorlog’, verschenen november 2024.

Pagina 3, Colofon. Ook Adriaan Brandenburg verrichtte voor een paar hoofdstukken mede eindredactie.

Pagina 7, ‘Wie ‘spreken’ er in dit boek’. Vergeten is de naam van Johannes Petrus (Jan) Brandenburg te vermelden, die in zijn dagboek schreef over de voedselsituatie in Leiden vanaf najaar 1942.

Pagina 43. Niet N. J. Mooren (eigenaar, bewoner/ boerderij Huis te Banken) maar M. J. Mooren. Deze Thijs Mooren (Mattheus Johannes) 1869-1950 was getrouwd met Alida Maria van Rijn.
Pagina 180. De inhoud van de poepdoos werd niet door de Veense tuinders zelf opgehaald, maar door strontschippers. Dit beroep werd uitgeoefend door meerdere families uit de Veen en Oude Wetering. Zij leegden de putten en verkochten de inhoud aan  de tuinders.  (bron Simon van der Heden)
Pagina 232. De  Stalhouderij op de Haven in Leiden was eigendom van Jonathan Roeloffs met een dubbel f.
Pagina 245. In het Veense wordt onder een halfteler iets anders verstaan, dan tuinderij/veehouderij, wat men meestal aanduidt met een gemengd bedrijfje. Hier is halfteler een tuinder die een gedeelte van zijn tuin laat betelen door iemand anders, die dan de opbrengst deelt met de eigenaar. Vaak een opmaat voor overname van de tuinderij. Soms worden deze mensen ook wel vollemaan-telers genoemd omdat zij dit werk op de tuin naast hun werk deden en soms zelfs ’s nachts. (bron Simon van der Heden)

Pagina 287. De boerderij van Jan van Rijn stond op de dijk van de Veenderpolder naast de Wijde Aa. Het is mij niet bekend dat zijn stal ooit ‘Koehotel’ genoemd is. Naast hem de boerderij van D. Camfferman. Zijn zoon is , ik schat in de zestiger jaren verhuisd met de boerderij naar de huidige Aderweg en heeft zijn bedrijf koehotel ‘de Kleiput’ genoemd. Deze naam verwijst naar zijn land tussen de Aderweg en de dijk waar vroeger na de droogmaking diepe putten zijn gemaakt om de klei onder het veen op te baggeren. Deze klei is gebruikt als een klein laagje op het land aangebracht voor de teelt van hennep, waar veel vraag naar was door de touwslagerijen. (bron Simon van der Heden)

Pagina 361, eerste regel onder de foto: niet schoonzoon, maar Bosch van Drakestein was de zwager van Wittert van Hoogland.

Pagina 321. Halverwege deze pagina is te lezen: ‘Getooid in oranje zat zij op een plankje op de kinderwagen waarin haar jongere zus Rina lag te slapen’. Dat is onjuist. Niet Rina, maar Annie lag in de kinderwagen te slapen.

Pagina 361, fotobijschrift. De onbekende persoon (tweede van links) is burgemeester Boddens Hosang. De correcte naam van de man uiterst rechts is G. F. M. baron van Hugenpoth tot Aerdt. De onbekende vrouw rechts is de echtgenote van een van de heren.

Algemeen. Na verschijning van het boek kwam ik in via een oud-studiegenoot van Beresteyn, Piet Overmeer, in contact met zijn tante Corrie Overmeer-van Tol, geboren in 1933 in Hoogmade, oudere zus van Wim van Tol (Frederikskade). Haar verhaal, met diverse herinneringen aan de oorlog in Hoogmade, staat elders op deze website onder de kop ‘Corrie Overmeer-van Tol: in de oorlog kreeg pastoor wekelijks flesje room’.

Hoogmade 1865 – 1871 (deel 10)

Dit is deel 10 van de geschiedenis van Hoogmade zoals die is vermeld in de regionale kranten (selectie): Leidsche Courant, Nieuwe Leidsche Courant, Leidsch Dagblad. Tevens info die in meer landelijke periodieken is verschenen. Voor verdere toelichting zie deel 1 van deze serie. Lees meer

Hoogmade 1860-1865 (deel 9)

Deel 9 van de geschiedenis van Hoogmade zoals die is verschenen in de (regionale) kranten in de periode 1860 tot en met 1865. Het gaat hier om een (leesbare) selectie. Voor precieze  toelichting omtrent de aard een achtergrond van deze berichten, zie deel 1 van deze serie op deze site. Lees meer

Hoogmade 1858 – 1860 (deel 8)

Deel 8 van de geschiedenis van Hoogmade zoals die is verschenen in de (regionale) kranten in de periode 1858 tot en met 1860. Het gaat hier om een (leesbare) selectie. Voor precieze  toelichting omtrent de aard een achtergrond van deze berichten, zie deel 1 van deze serie op deze site.

De Tijd 4 februari 1858

Men zal ten overstaan van den te Leiden residerende Notaris J. P. W. Schermer, op Donderdag, den 11 Februarij 1858, des voormiddags ten 10 ure, aan de Pastorie van Hoogmade, onder Woubrugge, in het openbaar verkoopen:

Lees meer

Hoogmade 1839 – 1857 (deel 7)

Deel 7 van de geschiedenis van Hoogmade zoals die is verschenen in de (regionale) kranten in de periode 1839 tot en met 1857. Het gaat hier om een (leesbare) selectie. Voor precieze  toelichting omtrent de aard een achtergrond van deze berichten, zie deel 1 van deze serie op deze site.

Leydse Courant 14 december 1849 

De Schuldeischers in den Boedel van den gefailleerden CORNELIS CLÉMENS BROUWER, Kuiper en Koopman onder Woubrugge, nabij Hoogmade, worden opgeroepen tot bijwoning eener eerste bijeenkomst tot Verificatie hunner Schuldvorderingen, op Donderdag den 27sten December aanstaande,  des middags ten 12 ure, ter Vergaderzaal der Arrondissements-Regtbank te Leyden. A. v.d. Vliet Pz., Curator.

Lees meer

100 jaar lijnbussen in Hoogmade

Het is in november 2022 honderd jaar geleden dat Hoogmade een autobusverbinding kreeg. Dat had heel wat voeten in de aarde. Want de toenmalige gemeenteraad moest eigenlijk niet veel hebben van dat soort ‘nieuwigheden’, zeker de drie Hoogmadese raadsleden wilden er niks van weten.

Lees meer

Hoogmade 1834 – 1838, deel 5

Deel 5 van de geschiedenis van Hoogmade  op basis van een selectie van berichten zoals die zijn gepubliceerd in de op internet beschikbare krantenarchieven van Delpher en Erfgoed Leiden. Voor een toelichting op de keuze en de achtergrond, zie aflevering 1 van deze serie.

Lees meer